zaterdag 10 december 2011

stromen

Het leven kabbelt voort. Voor alles en iedereen in een eigen tempo. Eigenlijk zijn we geen druppels in één beek, maar zijn we allemaal onze eigen rivier. Alle druppels die samen deze rivier maken is datgene wat ons vormt. Samen vormen we een grote delta, waarin stromen elkaar ontmoeten en later weer een eigen weg gaan. Soms kruisen we elkaar en geven wat druppels af aan die andere stroom: we geven een deel van onze ervaringen over, in de hoop dat die andere stroom ze verder brengt.


We zijn ontstaan uit verschillende gletsjers, of soms misschien wel dezelfde. Misschien wel ontsproten aan een andere stroom en hebben we nog nooit onze eigen oorsprong gezien. Één ding weten we zeker: we eindigen allemaal weer in de zee... de één wat eerder als de ander.

Vroeger dacht ik altijd maar een korte stroom te zijn. Één die nooit tot volle wasdom zou komen. Die al in de zee zou storten vanaf oneindige hoogte doordat de bedding was opgebroken. Onderbroken in zijn bedding door invloeden van buitenaf.

Inmiddels kabbel en stroom ik al 44 jaar lang. Volg ik mijn eigen bedding of slijt ik deze uit. Soms eindig ik in een poel, een kom, en sta ik wat stil, tot ik een rand kan vinden waar ik overheen kan stromen in een andere dan geplande richting. Soms vries ik dicht, zit er geen beweging in en ben ik puur passief aanwezig. Andere momenten stort ik mij van grote hoogte, in een gigantische snelheid naar beneden. Ook, en dat maakt mijn kracht minder, splits ik mij in losse stroompjes die elk hun weg proberen te zoeken. Soms is mijn bedding gekanaliseerd, volg ik een vooraf uitgestippelde route, uitgestippeld door anderen, waardoor ik op een punt uit kom waar ik niet wil zijn, maar schijnbaar moet zijn.
En daarnaast is de invloed van ander dragers. Die me kruisen en me beinvloeden, die ik wat van mijzelf geef. Dit kan een rustige delta zijn, of een gigantische stroomversnelling omdat we ons samen door een nauwe kloof willen dwingen: tegelijk, druk, machtig. Wel samen, maar elkaar geen ruimte willen gunnen. De andere keer verbreden we onze bedding, lopen we gezamenlijk op, delen dat wat er is tot we op een splitsing komen waar we elk onze weg gaan.

En rare manier van kijken en denken: ik ben een rivier... Bram Vermeulen, als een van de grote singertekstwriters heeft er natuurlijk al eens over geschreven, maar het ging hem slechts om die éne steen... niet om de gehele stroom van druppels. Hoe wordt de steen geraakt door het water, wat ik ben, maar wat voor invloed geef ik aan mijn omgeving, door het verleggen van die steen.

Als rivier heb ik stenen verlegd. Ik heb beddingen uitgesleten. Maar de invloed van mij op deze omgeving is net zo groot als de invloed van deze omgeving op mij. Door deze steen is mijn stroom anders gaan lopen, ben ik anders gevormd.

Gek, dit verhaal. Ik ging eigenlijk zitten met een heel andere gedachte... met een heel ander verhaal om te schrijven. Waarom dit er dan uitkomt? Vingers rollen over het toetsenbord en maken hun eigen weg aan de hand van datgene wat in je hoofd voorbijkomt. Schijnbaar was ik nog niet zover?

1 opmerking:

  1. Stof tot nadenken... Is een heel mooi liedje over van Stef Bos, 'de rivier'. Post ik wel op FB. X.

    BeantwoordenVerwijderen